Al meer dan tien jaar is dit hét vrijwilligerswerk dat ik met heel mijn hart doe. Het is iedere keer weer een uitdaging om kinderen, en hun ouders, op weg te helpen in de wereld van de Nederlandse taal. Het boek is het uitgangspunt, maar onder het motto ‘alles is taal’ wordt er ieder voorleesuurtje ook gezongen, geknutseld en een spelletje gedaan. De kunst is vooral om plezier in taal bij te brengen!

Iedere week ga ik met mijn voorleestas richting voorleesgezin, twintig weken lang. In het begin is het altijd even aftasten, maar meestal voelt het al snel vertrouwd. Het is altijd weer een heerlijk moment als een kind mij aan de deur staat op te wachten en nieuwsgierig vraagt wat er allemaal in de tas zit. Uiteraard bevat die tas boeken en werkjes die aansluiten bij het niveau en de belangstelling van het kind. En wat biedt de bibliotheek dan toch een schat aan materialen op maat.

Natuurlijk kom ik ook wel eens situaties tegen waarvan ik denk: ‘wat nu?'. Dan is het fijn om een coördinator te hebben die meedenkt. Ook is het leerzaam dat er bijeenkomsten zijn waarbij je met andere voorlezers kunt sparren, elkaar tips kunt geven en ideeën kunt uitwisselen.

Aan het einde van ieder traject is er een feestelijke diploma-uitreiking, met een heel trots kind én een trotse voorlezer. Want meestal is een kind heel wat woorden en leesplezier verder.

In al die jaren heb ik met heel veel kinderen en ook met heel veel verschillende culturen kennisgemaakt. Het heeft mijn leven echt verrijkt.